Klucht van de Uyterse juffers, het tweede deel van den Pasquilmaker voor den Duyvel. ca. 1674. Vervolg op de Klucht van de Pasquil-maecker. Uitgegeven door Marti Roos. Red. dr. A.J.E. Harmsen, Universiteit Leiden. Ceneton118730 - Ursicula In deze uitgave zijn evidente zetfouten gecorrigeerd en gemarkeerd met een asterisk. De tekst is grotendeels gezet in de fraktuurletter. Deze is in een aparte kleur weergegeven. |
KLUCHT |
PERSONAGIEN, |
Rynhart, Anna, | } | Man en Vrouw, in t eerste Deel Vryster en Student. |
Marie, de Suster van Anna, Cornelia, Theodora, | } } | Ionge Vrysters. |
Aen |
k WEet de Stichtse Quak sijn talen Wel int spreken na te malen: Maer int schryven is sijn spraek Kreupel, lam en sonder smaeck. (5) Sou ick ook met hoofs-gesinden Mijn juyst aen de woorden binden , Even alsse wel van Hooft Op sijn Neerlants sijn gestooft? t Sou al mee geen smaek verwecken: (10) Maer de neusen op doen trecken; Kluchten willen met het swijn In den dreck gewentelt zijn; k Kan haest niet te slordig wesen, Als de regels maer in t lesen (15) Niet en stuyten, schoon se vry Sijn gemengt met basterdy Van uytheemse sprockel-woorden, En doorknoopt met minne-koorden, Waer aen Venus dartle kint (20) dAldergijlste harten bint. Laet ons tot het spreek-woort keren; Siet eens, of het niet sal leren, Dat de wegh van middelmaet Wel het aldervyligst gaet. (25) k Hou dit waerder als mijn Zegel; k Gae niet buyten desen regel; Wat ick doe, of spreek, of schrijf, k Maek, dat ik in t midden blijf. Dat de Klucht niet valt te duyster (30) Voor den Leser, dat haer luyster Ook niet al te klaer en blinkt, Niet te vlot en draeft, of hinkt. k Ben ook selver tusschen beyen, Net in t midden van twee zeyen, (35) Tussent topje van mijn hoet En de zolen van mijn voet, Tussen achter en van voren, Tussen sterven en geboren, Noch in Hemel of in Hel, (40) Net in t midden van mijn vel, Tussen t een en tussen t ander, Tussen t alles by malkander, |
Tussen droog en tussen nat, Tussen hongerig en sat, (45) Tussen loon en tussen handig, Tussen eerelijk en schandig, Tussen droevig en verblijt, Tussen t lacchen en t gekrijt, Niet te stinkende noch geurig, (50) Niet te ras gesint of keurig Tussen jong en tussen out, Tussen heet en tussen kout, Tussen haestig en geduldig, Tussen sloffig en sorgvuldig, (55) Tussen vrolijkheyt en druk, Tussen luk en ongeluk, Tussen stront en tussen koning, Tussen gal en tussen honing, Tussen geck en tussen wijs, (60) Tussen duvels-hayr en grijs, Tussen schaemloosheyt en schaemte, Tussen vel en een geraemte, Tussen siek sijn en gesont, Niet te vierkant of te ront, (65) Tussen bot en tussen errig, Niet te vreedsaem of te nerrig, Niet te lang of niet te kort, Tussen Harderwijck en Dort, Tussen dromerig en lustig, (70) Niet tonvrede noch gerustig, Niet tontuchtig of te kuys, Tussen t weelde-pad en kruys, Niet te langsaem of te vaerdig, Tussen boos-sijn en goet-aerdig, (75) Tussen licht en tussen swaer, Tussen tien en vyftig jaer, Tussen al des Werelts oorden, Tussen t Zuyen en het Noorden, Tussen Oost en tussen West, (80) Tussen t facit en het rest, Tussen schulden en weer-schulden, Tussen yl sijn en gevulden, Tussen hol en tussen vol, Niet te stemmig of te dol, |
(85) Tussen t maken en het breken, Tussen t vloeken en het smeken, Tussen koel en tussen warm Tussen rijk en tussen arm, Tussen liefdeloos en minnen, (90) Tussen tien en sonder sinnen, Tussen suyver en bevlekt, Tussen sacht en hart gebekt, Niet gedwee en ook niet vinnig, Tussen koppig en sachtsinnig, (95) Niet te lelijk of te moy, Tussent gras en tussent hoy, Niet beklaeglijk of belachlijk, Niet versmaed of niet gesachlijk, Niet te rijn of niet besmet, (100) Tussen slodderig en net, Niet heel onder of heel boven, Tussen tay en licht-geloven, Tussen treffelijk en slecht, Tussen vals-sijn en oprecht, (105) Tussen t nieuwe jaer en t ouwe, Tussen t scheyen en hertrouwen, Tussen branden en gelest, Tussen willig en geprest, Tussen eynden en beginnen, (110) Tussen dof en lucht van sinnen, Tussen wit en tussen swart, Tussen ses voet en een quart, Tussen Boer en tussen Jonker, Tussen slordebel en pronker, (115) Tussen groeselig en klaer, Tussen heel gemeen en raer, Tussen trouw-zijn en verrader, Tussen Kint en Beste-vader, Niet te hups en ook geen fun, (120) Tussen dik en tussen dun, Tussen deerste en de leste, Niet van t quaetste niet van t beste, Niet te Prins of niet te Staets, Maer met yder goeje maets, (125) Tussen deugeniet en deugdig, Tussen ouwelijk en jeugdig, Tussen wroet en tussen mal, Tussen al en niemendal, Niet te werelts of te geestlijck, (130) Niet te goddlijk of te beestlijk, Niet te karig of te mild, Tussen tam en tussen wild, |
Tussen vremd en ingeboren, Niet verworpen of verkoren, (135) Niet te Paeps of niet te Geus, Tussen Dwerg en tussen Reus, Tussen Luystervink en Schreuwert, Tussen Fieremaet en Geuwert, Tussen tenger en robust, (140) Tussen noy en graeg gekust, Tussen wel te vreê en moejelijk, Tussen lofflijk en verfoejelijk, Tussen nauw en tussen ruym, Tussen t gront-sop en het schuym, (145) Niet te veel of niet te wynigh, Niet te suykrigh of asynigh, Tussen min en tussen meer, Tussen Knecht en tussen Heer, Tussen Baes en tussen jongen, (150) Tussen spichtig en gedrongen, Niet bedaert of niet te los, Tussen t Duyfjen en de Vos, Noch geen Snapper of geen Swyger, Noch geen Trap-gans of geen Ryger, (155) Noch geen Phoenix of geen Uyl, Tussen schoon en tussen vuyl, Ncch geen Kruyper of geen Springer, Noch geen Huylder of geen Singer, Tussen bleek en braef gekamt, (160) Tussen t hoogst en t minste ampt, Tussen winst en tussen schaede, Tussen t lossen en het laeden, Tussen groen en tussen dor, Tussen t grunslen en geknor, (165) Tussen kunstig en onkundig, Tussen vrolijk-sien en sundig, Tussen blo en tussen stout, Tussen laf en tussen sout, Tussen pochgen en verklynen, (170) Tussen drek en gouwe mynen, Niet welsprekende noch stom, Niet te snedig of te dom, Niet te rijn en niet te sondig, Tussen veertig jaer en mondig, (175) Tussen ernst en tussen jok, Tussen kelder-knecht en kok, Tussen goet-schik en verbolgen, Tussen vluchten en vervolgen, Tussen gauw en tussen lam, (180) Tussen t brillen en de mam, |
Tussen t suchten en het quelen, Tussen quetsen en het helen, Tussen nederig en groots, Tussen hoog-gekleurt en doots, (185) Tussen somber en luytruchtig, Tussen al-te-recht en buchtig, Niet te neerstig of te luy, Tussen soete most en huy, Tussen tegenspoet en zegen, (190) Tussen qualijk en te degen, Tussen Leek en tussen Paep, Tussen Ioseph en Priaep, Tussen gyl en sonder liefde, Tussen noyt en staeg geriefde, (195) Tussen teer en tussen sterck, Tussen kroeg en tussen kerck, Tussen walgen en belust-sijn, Tussen onkund en bewust-sijn, Tussen Rauw-moes en precies, (200) Tussen slobberdoes en vies, Tussen slof en elf-en dartig, Niet geveynst of openhartig, Niet te stijf of niet tc swack, Tussen Hasewind en Slack, (205) Tussen nijdig en genegen, Niemant voor of niemant tegen, Tussen vroeg en tussen laet, Tussen overstuer en baet, Tussen melden en versaken, (210) Tussen schouwen en naer-haken, Tussen smuygen en recht uyt, Tussen daenvang en t besluyt, Tussen neetlig en sacht-sinnig, Tussen suurmuyl en aenminnig, (215) Tussen hart en tussen sacht, Tussen Volewijck en t gracht, Niet te gaef of niet te quastig, Niet gedienstelijk of lastig, Tussen roem en tussen hoon, (220) Tussen kot en gouwe Throon, Tussen helpen en verdrucken, Tussen heus en guyte-stucken, Tussen loot en tussen hop, Tussen mes-qui-dit en top, (225) Tussen simpel en geslepen, Tussen slinx en rechse grepen, Tussen Monster en volmaekt, Tussen wel-gedost en naekt, |
Tussen smadig en me-waerdig, (230) Tussen Godloos en rechtvaerdig, Niet vernedert of verhoogt, Niet te vocht of uyt-gedroogt, Tussen heet en kouwe landen, Tussen foei en water-tanden, (235) Tussen smal en tussen wijt, Tussen douw en nieuwe tijt, Tussen wulps en ingetogen, Tussen weygren en gedoogen, Tussen hooft en tussen start, (240) Tussen veylig en benart, Niet te cordiael of vreckig, Niet versetelen of hart-neckig, Tussen Lammetje en Stier, Tussen Meester en Scholier, (245) Tussen bulderen en flemen, Tussen wel en qualijck-nemen, Tussen twee en tussen geen, Tussen blijschap en geween, Tussen wijn en water-suyper, (250) Tussen trots en Neerse-kruyper, Tussen in en tussen uyt, Tussen slaeg en tussen buyt, Tussen dwang en ongedwongen, Tussen lof en laster-tongen, (255) Tussen Vechter en Mennist, Tussen slecht-hooft en vol list, Tussen t vasten en het smullen, Tussen t dorsten en het pullen, Tussen hoe en tussen soo, (260) Tussen wo-wo-voort en O, Tussen t opstaen en het vallen, Tussen t menen en het mallen, Tussen vry en in de knel, Tussen welkom en vaer-wel, (265) Tussen sparen en verteeren, Tussen hebben en ontberen, Tussen mis en tussen raeck, Tussen hartseer en vermaeck, Tussen t brengen en het halen, (270) Tussen borgen en betalen, Tussen gast en tussen waert, Tussen Vecht en Rhijnse-vaert, Tussen naderen en dijnsen, Tussen giggelen en grijnsen, (275) Tussen wat en tussen dat, Tussen nihil en fiat, |
Tussen kopen en verkopen, Tussen toe en tussen open, Tussen noy en tussen graeg, (280) Tussen t antwoord en de vraeg, Tussen bol sijn en bedillen, Tussen ront en plat van billen Tussen weet-niet en geleert, Tussen juyst so en verkeert, (285) Tussen t biejen en het loven, Tussen onder-sijn en boven, Niet te goet of quaet ter faem, Niet verschopt of aengenaem, Tussen douw en nieuwe Heren, (290) Net in t midden van t verkeren, Tussen aen en tussen af, Tussen blom en tussen kaf, Tussen schateren en schreyen, Tussen dempen en verbreyen, (295) Tussen voor en tussen na, Tussen och en ha-ha-ha, Tussen troosten en beswaren, Tussen swellen en bedaren, Niet in lye of buyte noot, (300) Niet geheel bedeckt of bloot, Tussen veel en weynig heugen, Tussen waerheyt en de leugen , Niet te dicht of niet te leck, Niet te rijn of vuyl van bek, (305) Licht sal hier broer Stichter seggen, t Laetste kan ick u weerleggen; Waer is in u dartle praet dAlderminste middelmaet? t Is te grof gekout van leden (310) Die de schaemte moet bekleden. |
Maer, seg eens gesiften Bloet, Waer men u hier in misdoet?* k Meen, dater de rechte namen Van dat deel niet in en quamen; (315) Ey, waer word het toch genoemt, Daer het niet en wort verbloemt, En niet onder masquerades Maekt sijn vrolijke stroppades? Loop! kijck eensjes in Calpijn, (320) En meer boeken die er sijn Tot verlichting van de kinder; Krijgen die daer ook geen hinder? Of sien die soo snedich niet, Als een duvel-uyl wel siet? (325) En schoon dat ick sulcke boeken Volgde, sou ick dan al vloeken? Fijne man, je komt te laet; t Is de rechte middelmaet; Sou wel imant aen de menschen (330) Beter centrum kunnen wenschen? Niet te laeg of niet te hoog, Recht in t midden naer het oog? Kan men t aerdiger versinnen? t Een wat uytwaerts, t aer wat binnen, (335) Niet na deen of dander zey, Recht in t midden allebey; Tussen staen en tussen hangen, Tussen geven en ontfangen, Tussen ruyg en tussen kael, (340) Recht in t midden allemael. Waer verhael ick je nu trunten, Of verlaet de middel-punten?* Hoor! of ick het swijg of seg, k Hou het met de middel-weg.
|
Rynhart. |
Anna, Marie, Cornelia. Rynhart, leggende om een hoek. |
Altemael binnen. |
Se vluchten alle drie even verbaest, en vallen holder den bolder over Rynhart, die me het hasepad kiest. |
De Geest van Coenraet, Pluto. |
Maria als een groot Heer, en al pratende uyt met Theodora, Cornelia als Knecht. |
Pedel, gekleed als een Soldaet, met den degen in de hant, half droncken en al singende. |
Dat Was een Venus-diertje; Maer t verdoemde hoere-kot (175) Kost mijn so mennig biertje. Ben ick niet een rechte Sot? Ick vinck mijn selven uyt het nest, En suyp so gern mee van het best: Maer al even gaudiamus! (180) Et bibamus! za, vivamus! Wat bruydt ons de rest. Hy komt voor t Huys van Rynhart. |
Hy komt voor t Huys van Theodoor. |
Marie uyt met den degen in de handt, Theodoor tot in haer stoep. |
Marie, en daer na Rynhart met een Schrobber. |
Sleutel-drager en Boer al pratende uyt. |
Samen wat aen een zy. |
Anna, Marie, Theodora samen al pratende uyt. Daer na Rynhart mede uyt. |
Se soecken ider even verbaest een goet herkomen door de Geest van Coenraet die in t midden van haer verschijnt. |
De Geest van Coenraet. |
Hy verdwijnt. |
EYNDE. |
Tekstkritiek: |